Wandelen in het nevelwoud van Monteverde

Fotoalbum ‘Costa Rica 2021 – Monteverde nevelwoud’ weergeven

Na een laatste stop bij de oude zoutpannes van Mata de Limón, verlaten we de kuststreek en trekken we het binnenland in. Al snel daalt de temperatuur van 30°C naar 20°C, stijgt de luchtvochtigheid en krijgt de vegetatie en het landschap een alpien karakter. We zijn op weg naar Monteverde, een van de drie regio’s op de Cordillera de Tilarán, de centrale bergkam, waar het nevelwoud voorkomt.

Ook 10 dagen geleden, in de Paraiso quetzal lodge, waren we in het nevelwoud (aan de Pacifische kant). Het verschil met toen is dat het nevelwoud van Monteverde pal op de Continental Divide ligt waardoor zowel de warme opstijgende lucht vanuit de Caribische kant, als die vanuit de Pacifische kant tegen de bergflanken botsen. Zo ontstaan dikke, laaghangende wolken die beide kanten van de top in een quasi eeuwige nevel hullen. De wolkensluier drijft tussen het bladerdek dat het vocht vasthoudt, waarna de lucht afkoelt en tot druppels condenseert. Soms waait een stevige passaatwind deze nevel over de bergkam; men spreekt dan van horizontale regen.

In nevelwouden is de vegetatie het hele jaar door met nevel en wolken omgeven. Dat zorgt voor een hoge biodiversiteit met meer dan 3000 verschillende plantensoorten, 100 soorten zoogdieren, 500 vogelsoorten, 120 amfibieën en reptielen en een overvloed aan insecten, vlinders en anderen.

Van alle bossen wereldwijd is slechts 1% nevelwoud. Dit vrij uniek en uiterst kwetsbaar ecosysteem staat onder druk door de klimaatopwarming. Als de temperatuur stijgt dreigen de nevelwouden op te drogen, doordat de lucht pas op grotere hoogte gaat condenseren – hoog boven de huidige nevelwouden.

Het nevelwoud van Monteverde bestaan uit 3 reservaten. Het Monteverde Cloud Forest Reserve (Reserva biológica Bosque Nuboso Monteverde) is het bekendste en werd gesticht door een groep wetenschappers. Het Santa Elena Cloud Forest Reserve (Reserva Bosque Nuboso Santa Elena), wordt beheerd door de gemeenschap van Santa Elena. Zij gebruiken de opbrengsten ervan voor natuurbehoud en onderwijs. Het derde, het Children’s Eternal Rain Forest (Bosque Eternos de los Niños – ‘het eeuwige bos van kinderen’) is niet te bezoeken. Het is nog in volle ontwikkeling én is een uniek project. Het initiatief ging uit van een groep Zweedse schoolkinderen, die wereldwijd geld inzamelden om een deel van het regenwoud aan te kopen en te beschermen. Verworven met donaties van kinderen uit 44 landen is het momenteel het grootste privé-reservaat in Costa Rica.

Midden in dit gebied ligt het dorpje Santa Elena, net onder de nevelgrens. Het is een heel klein bergstadje, waar drie wegen samenkomen, waardoor het prima gelegen is om de omgeving te verkennen. Het dorp werd in 1951 gesticht door een groep van 11 Quaker-families uit Alabama, die de dienstplicht in Amerika wilden ontlopen. Net daarvoor had Costa Rica zijn leger afgeschaft, en tevens moedigde de regering buitenlanders aan om het land te komen ontwikkelen. Ze kozen dit vrij afgelegen gebied voornamelijk omwille van de vruchtbare en betrekkelijk goedkope grond. De families, die in de V.S. leefden van de melkveehouderij en de bijhorende zuivel, deden hier hetzelfde. Naast de succesvolle Monteverde Cheese Factory richtten ze ook de Cloud Forest School op. Tegenwoordig is het een tweetalige school (Spaans/Engels) ten dienste van de lokale gemeenschap – zowel Quakers als lokale Costa Ricanen – ,van kleuter- tot middelbare school. De gemeenschap, die zich altijd al heeft ingezet voor de natuur, nam ook de vooruitziende beslissing om een groot gebied op de steile hellingen te beschermen omwille van het zuivere water in de rivieren.

We verblijven hier in de comfortabele Cala lodge, even buiten het centrum en omgeven door een mooie tuin en enkele feeders aan het terras. De meerderheid van de vogels in Monteverde zijn vruchteneters. Het zijn spectaculair gekleurde vogels, die hier veel gemakkelijker te zien zijn dan tussen de dichte begroeiing in het woud. Zo zagen we er van dichtbij o.a. de Lesson’s motmot, de smaragd-arassari, bruine gaaien, meerdere soorten tangaren, ….

De Monteverde-regio staat ook bekend als het gebied met het grootste aantal orchideeënsoorten ter wereld. In de namiddag bezoeken we de Jardin de Orquídeas in Santa Elena.

Orchideeën vormen een grote plantenfamilie met ongeveer 25 000 soorten. Ze groeien over bijna de hele wereld maar verreweg het grootste aantal soorten komt in de tropische en subtropische gebieden voor. In Costa Rica schat men het aantal op ca. 1400. De Europese soorten zijn allemaal terrestrische soorten, die zoals de meeste planten met hun wortels of wortelknollen in de grond groeien. Slechts enkele van de in Costa Rica voorkomende soorten groeien in de aarde, het merendeel zijn epifyten. Ze groeien in de tropische gebieden hoog in de bomen, daarbij onttrekken ze geen voedsel aan de bomen en zijn het dus zeker geen parasieten zoals soms wordt beweerd. De wortels hangen vrij in de lucht en zijn blootgesteld aan regen en wind. Ze krijgen hun voedsel via mos en varens die op de schors of op de verteerde bladeren groeien. In de tuin zijn er ruim 400 soorten te zien uit de verschillende ecosystemen die Costa Rica rijk is. Ze staan niet allemaal in bloei, maar toch een hele boel.

Bij het binnenkomen in tuin krijg je onmiddellijk een loep om de details te kunnen bewonderen of om de vele kleine micro soorten te kunnen zien, zoals de Platystele jungermanniodes. Deze heeft bloemen met een diameter van slechts 2,1 mm en is hiermee ’s werelds kleinste orchidee.

De Aristolochia grandiflora of reuzenpijpbloem behoort niet tot de orchideeënfamilie, maar is wel de grootste bloem van Costa Rica. We zagen ze de vorige dagen in de buurt van de Tarcoles rivier. Tijdens de eerste dag dat de bloem bloeit lokt ze bestuivers door het verspreiden van een indringende aasgeur. De bloem is dan in vrouwelijke vorm en de insecten bestuiven de stamper met stuifmeel dat ze bij hebben van een andere bloem. De tweede dag verandert ze naar mannelijk en worden de vastgehouden insecten met stuifmeel bepoederd. Daarna verwelkt de bloem en worden de bestuivers vrijgelaten.

Twee jaar geleden bezochten we het Reserva Bosque Nuboso Santa Elena onder poncho’s in de regen, nu kiezen we voor het Reserva biológica Bosque Nuboso Monteverde. Uitzonderlijk met weinig mist, nauwelijks regen, en met tamelijk veel zon. Dit reservaat is het bekendste en vaak is het er erg druk met lange wachtrijen. Dat is nu helemaal niet het geval. Door de Covid-19 restricties in vele landen zijn er slechts weinig bezoekers. Na het meten van onze temperatuur en het onder toezicht wassen en desinfecteren van de handen, moeten wij ons paspoort voorleggen en kunnen we een toegangsbewijs kopen in de vorm van een polsbandje dat gescand wordt. Zo weet men wie in het reservaat is.

Er zijn meerdere routes, die men kan combineren tot een 10 km lange wandeling. Vanaf de ingang volgen we eerst de centrale bruine route, die traag bergop loopt naar de kam. Het is een zonnige dag met weinig nevelflarden waardoor de vele groentinten en de fraai gekleurde bloemen goed te zien zijn.

Wandelen in het nevelwoud is bijzonder indrukwekkend. Er staan veel verschillende soorten bomen door elkaar, die allemaal behangen zijn met epifyten zoals bromelia’s en orchideeën, maar ook met varens, korstmossen en mossen. Op de stam en de takken van de bomen kunnen de planten het water dat van de boomkruin naar beneden druppelt opvangen. Sommige bomen zijn begroeid met meer dan 100 verschillende soorten planten.

Het laatste stuk van de wandeling volgt even de Continental Divide. Door de felle koude wind die hier bijna altijd waait worden de bomen minder hoog. Bij het uitzichtpunt ‘La Ventana’ is het theoretisch mogelijk om beide kusten van Costa Rica zien. Hoewel het vrij helder weer is de zichtbaarheid toch nog beperkt. We gaan verder over de groene route. Tussen februari en april broeden hier meerdere Quetzals. Buiten het broedseizoen vertoeven ze in lager gelegen gebieden. Als hun favoriete wilde avocado’s ook hier vruchten dragen, komen ze terug. Naar verluid zouden er al een paar toegekomen zijn…

Er staan ongelooflijk veel verschillende soorten bomen. Dat is vooral te zien aan de tekening van de schors. Hier en daar loopt het pad langs een plek waar ooit gekapt is en er terug bos is gegroeid. (‘secundair bos’). De bomen zijn hier minder groot en staan verder uiteen met meer onderbegroeiing. Het is hier dat we een oranjebuiktrogon zien die een tijdje roerloos op een tak hoog in het bladerendek zit.

Het is zo rustig dat het lijkt alsof we het reservaat voor ons alleen hebben. Aan het einde van Sendero Cuecha, de zwarte route, is er een waterval. Onderweg er naartoe staan enkele gigantische bomen die zo wat de oudste in de omgeving zouden zijn.

Net buiten de ingang van het Monteverde Cloud Forest Reserve heeft men bij het terras van een souvenirwinkel en bijhorend cafetaria suikerwaterverdelers opgehangen. Ze werken als magneten op de kolibries die af en aan vliegen en niet schuw zijn. In het nevelwoud zijn er heel wat planten die voor hun bestuiving afhankelijk zijn van kolibries, vandaar dat ze op vele plaatsen het aanbieden van suikerwater proberen te beperken. We zagen o.a. de violette sabelvleugel, koperkopsmaragdkolibrie, purperkeeljuweelkolibrie, groenkruinbriljantkolibrie en de kleine violetoorkolibrie. Het suikerdiefje, een klein vogeltje dat hier rondfladdert, dankt zijn naam aan zijn voorliefde voor zoet. Het is geen kolibrie, doet niet aan bestuiving, kan niet stil blijven hangen in de lucht, maar prikt gaatjes in de bloemkelk om aan de nectar te geraken.

Je kan hier werkelijk blijven kijken en proberen om een mooie foto van een kolibrie te maken.

Fotoalbum ‘Costa Rica 2021 – Monteverde nevelwoud’ weergeven

Plaats een reactie

Deze site gebruikt Akismet om spam te bestrijden. Ontdek hoe de data van je reactie verwerkt wordt.